Contrast
Groter

Nieuwe bewoners in ’t Suyt: de rugstreeppad

9 juni 2022

9 juni 2022 – In juni vorig jaar was er ineens een nieuwe bewoner in ’t Suyt: de rugstreeppad. Dat betekende wel iets, want dit is een beschermd diertje. We namen een ecoloog in de arm zodat de rugstreeppad kan blijven wonen in het plangebied en we tegelijk ook verder kunnen met de ontwikkeling. Vanaf maart leidde dat tot een aantal concrete acties. Ecoloog Marcel Schildwacht vertelt. “De rugstreeppad is een bijzonder dier; hij heeft een opvallend uiterlijk door de gele streep op zijn rug. Om hem een fijn leefgebied te geven, hebben we twee biotopen geplaatst. Dit zijn een soort ondiepe poeltjes, waar de Rugstreeppad kan voortplanten, overwinteren en schuilen. Eén van die poeltjes ligt tussen de nieuwe Bentwoudlaan en de voetbalvelden van Be Fair. De andere in de groene zone van ’t Suyt II. Daarnaast hebben we het toekomstige bouwterrein afgeschermd met paddenschermen.

Ontdekkingsreizigers
De rugstreeppad is trouwens een echte ontdekkingsreiziger. Bij de start van de voorbereidende werkzaamheden, de voorbelasting, waren de padden nog nergens te vinden. Nadat er een nieuwe sloot was gemaakt, kwamen ze naar ‘t Suyt. Deze padden hebben een enorm reukvermogen en zo ontdekken ze dat er nieuwe plekken zijn om zich voort te planten. Door hun verhuizing naar ’t Suyt moesten er maatregelen getroffen worden om de woonwijk te kunnen bouwen. Met de biotoop aanpassingen hebben de padden nu een nieuwe leefomgeving in een zogeheten compensatiegebied. De biotopen hebben geen verbinding met de sloten in de omgeving. Het water in de poeltjes warmt daardoor sneller op en de waterkwaliteit is groter. We hebben ook stenen en zand aangebracht, zodat ze zich kunnen verstoppen voor ‘roofdieren’ en kunnen overwinteren. Nu het warmer wordt, komen ze uit hun winterslaap en worden ze met de paddenschermen naar de waterpoel geleid. De schermen hebben een overstap waar de padden maar vanaf één kant in kunnen. Hierdoor blijven ze in de poelen en gaan niet alsnog terug naar het bouwterrein. Hoe ze zich in de toekomst gaan bewegen weten we natuurlijk niet, maar de kans is heel groot dat ze in hun nieuwe, aantrekkelijk leefgebied blijven. En dat is ook precies de bedoeling!”